Seizoensgebonden

Seizoensgebonden
Zomers waren vroeger anders. Het had altijd wel geregend in de zomer. Maar niet zoveel als nu. Alice keek naar de stroom water die over het raam omlaag liep. Ze zag de wereld door een grijze waas.

Het zou een tijdje duren voordat ze weer naar buiten kon gaan. Met een diepe zucht keerde ze terug naar haar bureau. Ze startte de projectie module met een tik en wachtte tot het scherm en toetsenbord voor haar zouden verschijnen.

Haar vingers bewogen vlot over de lichtgevende stukken terwijl ze zich aanmeldde bij het digitale kantoor en haar sociale media. Diverse berichten verschenen op het geprojecteerde scherm maar Alice kon zich er niet toe zetten om ze te openen. Nog maar twee weken geleden had de regen iedereen geïsoleerd en het voelde nu al als een eeuwigheid.

Er hing een donkere wolk in haar gedachten en ze kreeg hem maar niet opzij. De kou kroop in haar botten en hoeveel truien ze ook aantrok, ze werd er niet warmer van. ‘Waar ben ik mee bezig? Ik kan dit niet’, dacht ze. Met haar armen strak om zich heen stond ze op en ging terug naar bed om zich te verschuilen onder de dekens.

De lente hield voor Heather vooral hooikoorts in. Ze had alle gebruikelijke en niet zo gebruikelijke medicijnen geprobeerd met als resultaat dat ze elke ochtend moest niezen en elke avond hoofdpijn had. Heather vroeg zich af hoe een paar pollen toch zoveel problemen konden veroorzaken?

Het kon niet altijd zo zijn geweest. De mensen die vroeger op het veld werkten hadden het anders geen dag kunnen uithouden. Ze snoot haar neus en veegde de tranen uit haar ogen terwijl ze de laatste hand legde aan haar rapport.

Zo, nu had ze wel wat chocolade verdiend. Het was misschien niet verstandig om zoveel snoep te eten maar in dit seizoen kon ze alleen de sterke smaken nog proeven. Al het andere voedsel verviel tot een kartonnenpulp op haar tong.

Ze opende haar la en haalde daar een reep pure chocolade met frambozenvulling uit. Terwijl de chocolade smolt op haar tong wist ze zeker dat dit de enige manier was om het tot de herfst uit te houden.

Alicia hield het meest van de herfst. Het waren de koude ochtenden die overging in warme middagen om vervolgens uit te lopen op frisse avonden die het zo speciaal maakten. Alicia hield het meeste van veranderingen en geen enkel seizoen was zo veranderlijk als de herfst.

Ze deed Rubia, haar labrador, aan de lijn en stapte op de fiets. Samen zouden ze zo door het bos razen dat de gevallen bladeren omhoog zouden springen hun vallende lotgenoten tegemoet.

Ze stelde zich voor dat ze elkaar als oude vrienden zouden begroeten telkens wanneer ze elkaar kruisten bij het stijgen en dalen. Hun spoor zou gevolgd worden door een koor van vrolijke bladeren.

Toen ze de duinen bereikten, riep ze Rubia bij zich. Alicia zette haar fiets weg tegen een dennenboom en liet Rubia los. Ze had al een plek gezien waar ze kon gaan liggen om naar de lucht te staren alsof niets er toe deed.

De winter was een en al pijn. Een tijd waarin ze zichzelf kwijtraakte en moeite had om haar weg terug te vinden. Dat ze door de sneeuw werd afgesneden van haar vrienden en familieleden werkte niet bepaald mee. Felicity deed alles wat ze kon bedenken om de dreigende depressie te bestrijden maar het was moeilijk om met haar eigen geest te worstelen.

Het vereiste een compleet arsenaal waaronder een weklicht om ’s ochtends op te staan; een lichttherapiebril die ze tien dagen lang minstens twintig minuten per dag moest dragen; een niet aflatende voorraad bananen vanwege het tryptofaan gehalte; een dagelijkse wandeling van twintig minuten en regelmatig contact met familie en vrienden.

De sneeuw dwarsboomde de laatste twee punten van haar lijst en zette daarmee haar kans van slagen onder druk. Wat de wereld echt nodig had, was een manier om een virtuele knuffel te geven aan de mensen die je niet kon bereiken.

Dat of een fatsoenlijke teleportatiemachine die zich niet door het weer van slag zou laten brengen. Maar omdat deze dingen niet bestonden, kroop ze achter haar laptop en schreef een verhaal over een wereld waarin ze er wel waren.   

Het orkaanseizoen trof het eiland niet zo erg als sommige andere plaatsen. De meeste orkanen deden alleen maar alsof ze op het eiland afkwamen om vervolgens op het laatste moment af te buigen en op de noordelijke eilanden tekeer te gaan. Tropische stormen daarentegen raasden elk jaar over het eiland als een van de orkanen een beetje laat was met afzwaaien. Vandaag leek zo’n dag. Er hing een twijfelende orkaan op het kruispunt in de zee.

Op de radio had de muziek plaats moeten maken voor een verhit debat tussen de DJ en diverse bellers. De vraag was of men zich moest voorbereiden op een tropische storm. Sommige bellers dachten dat de kosten groter zouden zijn dan de schade.

Anderen namen liever het zekere voor het onzekere. Weer anderen geloofden dat het niets zou voorstellen, een nacht regen en de volgende ochtend zou het gewoon weer opklaren. Tamara keek naar haar tante om te zien welke kant zij zou kiezen.

Haar tante fronste en zei: “Als ik nu die kleren was, denk je dat ze dan droog zijn voordat het begint te regenen? Ik wil dit liever niet tot morgen uitstellen.” “Ik heb geen idee, moeten we ons niet voorbereiden op de storm?”

“Mensen praten over de storm alsof het nooit eerder geregend heeft. Er zullen wegen kapot gaan en sommige stranden zullen beschadigd raken. Je moet goed opletten voor die kuilen als je morgen de weg op gaat.” Tamara vroeg zich nog af hoe haar tante zo kalm kon blijven toen ze het sussende geluid van de eerste regendruppels hoorde.   

Reacties

Populaire posts van deze blog

Herfst vlucht I

Er was eens... #2: het meisje dat op een maan woonde

Wat als...? #3