Herfst vlucht I

Herfst vlucht I
Alicia was aan het neuriën terwijl ze de laatste hand legde aan de droogboeketten rondom de receptie. Morgen zouden honderden gasten aankomen van station Corridor. De meesten van hen zouden inboorlingen zijn van het ruimtestation dat halverwege hun sterrenstelsel zweefde.

Alicia ging naar de veranda aan de achterkant van de blokhut. Daar ging ze zitten in een van de schommelstoelen. Het begon fris te worden, ze pakte een kussen met een bloemetjesprint en drukte die tegen zich aan voor de warmte.

De blokhut van de receptie werd omringd door het bos waarin de herfstkleuren de bomen in vuur en vlam zetten. Ze zat net lekker toen haar ruimtecom begon te tjilpen. Ze had hem ergens binnen laten liggen. Alicia stond met een zucht op om het ding te gaan zoeken.

“Alicia, ik ben het Nola, stoor ik?” “Hoi Nola! Nee, je stoort niet, ik heb hier alles onder controle. Wat is er?” “Ik vroeg me af of je nog plek hebt voor een paar last minute gasten? Ik weet dat het laat is, maar een schip van de Onafhankelijken heeft een paar dagen geleden hier aangelegd en nu willen vijf van hen de planeet bezoeken.” “Maar ik dacht dat Onafhankelijken nooit voet op een planeet zetten?”, zei Alicia.

“Ja, toch?! Dat dacht ik ook dus ik had hier helemaal niet op gerekend anders had ik al wel eerder geboekt. Kun je me helpen?” “Wacht even... ok, ik heb hier een annulering staan… Maar die blokhut is eigenlijk voor drie personen. Ik kan er wel een paar extra bedden neerzetten maar dan wordt het wel krap.” “Ze zijn met z’n vijf-en maar ik denk niet dat ze het erg zullen vinden. Je bent een held! Ik ga het ze vertellen. Tot morgen!” Nola verbrak direct de verbinding.

Alicia nam het niet persoonlijk op. Als die shuttle niet binnen drie uur zou vertrekken dan zouden ze hun landingstijd bij Paradijshaven missen. Ze ging terug naar haar veranda om stil te genieten van de ondergaande ster. De volgende dag was Alicia voor dag en dauw wakker. Hoewel ze de receptie blokhut de dag ervoor in orde had gemaakt en gecontroleerd, liep ze alles nog een keer na.

De hut was gebouwd met hout dat leek op dennen. De notenbruine kleur was in de zomer een beetje dof maar nu paste het perfect bij het bos. Vaten met najaarsbloemen stonden langs de veranda. Binnen waren er een paar grote vazen gevuld met herfstbladeren.

Cliona, een van de receptionisten, had het voorgesteld. Zij wist het zo te maken dat de bladeren van boven naar beneden in de vaas leken te zweven. Anne, een van de andere receptionisten, had haar daarbij geholpen.

Alicia glimlachte toen ze daaraan dacht. Tegen negen uur stond iedereen op zijn post. Jason zou de gasten opvangen bij teleportatiestation een. Tom en Anne namen de receptie voor hun rekening. Cliona en Keevan zouden assisteren bij de zelf-service incheck machines.

Ondertussen zou Meira bij station twee de gasten helpen om naar hun blokhutten te teleporteren. Meer dan 500 mensen zouden die dag aankomen, ze moesten absoluut zorgen voor een goede doorstroom.

Nola’s groep begon ’s middags aan te komen. Nola zelf kwam als laatste samen met de Onafhankelijken. Alicia had nooit eerder Onafhankelijken gezien maar ze waren makkelijk te herkennen. Hun huid was bleek en hun kleren waren allemaal gemaakt van dezelfde materialen.

Tijdens het lopen, bewogen ze met z’n allen tegelijk als een compact hoopje mensen. Ieder van hen hield daarbij de omgeving in de gaten alsof ze elk moment een aanval verwachtten. Deze mensen gedroegen zich alsof ze nooit eerder in zo’n grote open ruimte waren geweest…

Alicia moest om die ironie een opborrelende lach onderdrukken. Ze stapte naar voren om deze zeldzame gasten te begroeten. Slechts een van de Onafhankelijken beantwoordde haar groet. Hij leek voor de hele groep te spreken.

De felle bloemenprint op Nola’s jurk vormde een kleurrijk contrast met de donkere kleding van de Onafhankelijken. Haar huid had ook een meer natuurlijke kleur. Corridor was gebouwd met een ingewikkeld verlichtingssysteem dat de lichtcyclus van een planeet nabootste. Een veilige hoeveelheid UV-B-straling was daarbij inbegrepen.

Nola was een ware ruimtestation inboorling. Ze sprak met het gemak van iemand die eraan gewend was om te gaan met mensen uit alle hoeken van het universum. Alicia zag dat de blokhut voor de Onafhankelijken helemaal was voorbereid. Staflid Jinn was aanwezig om de gasten te ondersteunen met alles wat ze nodig hadden.

Tevreden keerde Alicia terug naar de receptie blokhut. Tegen vier uur ’s middags begon de stroom aankomende gasten uit te dunnen. Alicia trok zich terug in haar kantoor om even pauze te houden voordat ze de boekhouding zou controleren. Daarna zou ze vrij zijn.

Haar resort verzorgde alleen de basis voedselvoorzieningen in de blokhutten. Er waren genoeg restaurants in het commerciële centrum in het Noordoostelijke deel van haar bos. Het centrum had ook een supermarkt waardoor Alicia zich zelden zorgen hoefde te maken om wat haar gasten zouden eten.

Nola kwam ’s avonds bij haar langs. Alicia’s huis was op loopafstand van de receptie blokhut. Het was gebouwd van hetzelfde soort hout maar het was afgewerkt met een omberkleurige lak. Haar woonkamer was ruim en toch gezellig. Een kamerscherm hield de keuken uit het zicht.

De vrouwen zaten samen aan de melk met honing. Beiden hadden ze wel iets stevigers in hun drankje gelust, maar ze moesten 25/7 bereikbaar zijn. Achteroverleunend in Alicia’s karamelkleurige fauteuils praatten ze bij.

“Hoe zit dat nou met die Onafhankelijken, waarom wilden ze ineens zo graag naar een planeet?”, zei Alicia. Nola zuchtte. “Weet je, er zijn een paar ruimte volkeren. Ze zijn allemaal een beetje op zichzelf maar de Onafhankelijken zijn de meest vreemde van het hele stel. Je zou ze op het station moeten zien. Ze bewegen altijd in groepjes van tien met een opzichter die hen in de gaten houdt.”

“Een opzichter?! Zo klinkt het net alsof het dieren zijn ofzo…” “Maar dat is precies hoe ze behandeld worden Alicia! Het is net alsof die opzichters denken dat ze vee hoeden! Hoe dan ook, een van die opzichters kwam op het laatste moment naar me toe en zei dat hij vier ondergeschikten moest meenemen naar de planeet. Ik heb geen idee waarom maar al vanaf het moment dat ze zijn aangekomen, is er iets aan de hand met dat schip.”, zei Nola. Alicia voelde aan haar water dat deze gasten voor problemen zouden zorgen.

“Misschien wil het vee niet meer gehoed worden?”, vroeg ze. Nola fronste, “Dat zou kunnen, ik weet het niet. Ik zal je iets anders vertellen, een vriendin van me, Dhriti, je kent haar wel met dat donkere, golvende haar? Dus Dhriti vertelde mij dat de Onafhankelijken een bijeenkomst hadden in een van onze vergaderzalen. Blijkbaar heeft hun schip geen ruimte waar ze met z’n allen tegelijk in passen.”

“Maar die bijeenkomst begon dus met een sfeer om te snijden. Terwijl ze aan het praten waren, liep het helemaal uit de hand. Ze begonnen te vechten en de opzichters raakten de controle kwijt. Toen haalde de leider een apparaat tevoorschijn, drukte op een knop en de hele groep zakte in elkaar. Ze moest extra schoonmakers erbij halen omdat sommige van hen het niet meer binnen konden houden, als je begrijpt wat ik bedoel…” Alicia trok haar neus op en Nola knikte.

“En dat was nog maar de eerste dag. Ze hebben dagelijkse bijeenkomsten waar steeds minder mensen aan mee mogen doen. Gisteren ging die bijeenkomst urenlang door. Daarna kwam die opzichter dus vragen om tickets voor de planeet en hier zijn we dan.”, Nola haalde haar schouders op.

Een groeiend gevoel van onrust had zich meester gemaakt over Alicia. “Dus alle Onafhankelijken wonen samen op een ruimteschip?”, vroeg ze. Nola zette grote ogen op, “Nee, echt niet! Dit is alleen maar het hoofdschip waar het ‘vee van topkwaliteit’ woont. Het hele volk van Onafhankelijken is een vloot van bijna honderd schepen. Alicia rilde. “Hoeveel Onafhankelijken zijn er per schip?”, vroeg ze.

“Oh dat ligt eraan, de kleinere schepen hebben tweeduizend man, de grote kunnen ongeveer twintigduizend mensen vervoeren.”, zei Nola. Alicia knipperde met haar ogen. “Hoe groot is het volk van de Onafhankelijken wel niet?”. “Ik hoorde dat het iets van 850.000 mensen zijn, maar het is waarschijnlijk minder. De meeste ruimte volkeren doen zich groter voor dan ze werkelijk zijn.”, zei Nola.

Alicia was een moment stil. “Toch, zoveel mensen die wonen in een vloot ruimteschepen… En dan behandeld worden als vee? Ik weet het niet, maar mij klinkt het als een recept voor problemen.”

Nola haalde haar schouders weer op, “Ach ja, wat doe je eraan?”. Ze veranderde van onderwerp. Het was gezellig om met Nola bij te kletsen. Maar Alicia kreeg de gedachten aan de knop die een hele massa in elkaar liet zakken en de opzichter met de last minute boeking niet meer uit haar hoofd. 

Reacties

Populaire posts van deze blog

Wat als...? #3

Wat als...? #4